We belanden in het gezin van een prof en zijn jonge bruid die op het punt staan hun huwelijksverjaardag te vieren. Dat willen ze doen met hun vrienden Paul en Helga. Onverwacht en ongevraagd bezoek van de schoonouders gooit echter roet in het eten. Dit is helaas nog maar de voorbode van een hele reeks toestanden die aan elke controle ontsnappen.
Mijn moeder is ook mijn zus en mijn andere moeder is ook nog mijn grootje en “godnogaantoe” ikzelf ben de kleinzoon van mijn bloedeigen vader.
’t Ja, mocht dit U overkomen dan mag je met zeer gerust geweten samen met Fritz de "held" van dit doldwaze stuk uit het diepste “putteke” van uw hart zeggen: in .... 'Wat een rare familie" ben ik aangeland? “Jezekelief” sta me bij